Tekst van: @Benny Debruyne
Rolmodellen zijn cruciaal voor meer genderdiversiteit in bedrijven. “Als je geen rolmodel hebt, kun je ook niet dromen over wat je kan bereiken”, zeggen Joëlle Frijters en Elke Kraemer. Zij zijn de iniatiefnemers van de eerste Belgische Inspiring Fifty, een lijst van vijftig vrouwelijke rolmodellen in de techsector.
Alle vijftig zijn evenveel een rolmodel”, zegt Joëlle Frijters aan het eind van het gesprek. Inspiring Fifty is geen prijs voor één persoon, maar een erkenning voor vijftig inspirerende vrouwen. De media en eventorganisatoren kunnen de lijst gebruiken als ze meer diversiteit willen in hun artikelen of evenementen.
Joëlle Frijters bedacht het concept voor de ngo samen met Janneke Niessen. De twee Nederlandse ondernemers hadden eerder samen het techbedrijf Improve Digital opgericht – een oprichtersteam dat enkel uit vrouwen bestaat is een zeldzaamheid in de mannelijke techwereld. In 2013 werden ze uitgenodigd in Brussel door hun landgenote Neelie Kroes, toen Europees commissaris voor de Digitale Agenda. ‘Wat gaan jullie doen?’ vroeg Kroes aan de twee techondernemers. Op weg naar huis bedachten Frijters en Niessen het concept van Inspiring Fifty. Ondertussen zijn er afdelingen in tien landen of regio’s, die allemaal draaien op vrijwilligers.
België heeft alle ingrediënten om een goede participatie van vrouwen te hebben” -Joëlle Frijters
Toen Elke Kraemer vorig jaar ontdekte dat er in België nog geen afdeling bestond, en te horen kreeg dat met Joëlle Frijters een van de twee oorspronkelijke oprichters net als zij naar Antwerpen was verhuisd, nam ze het initiatief voor Inspiring Fifty Belgium. Tot 31 maart is het mogelijk vrouwen te nomineren, zowel vrouwen die in België in de technologiesector actief zijn als Belgen in het buitenland. De dertienkoppige jury – met onder meer Lieve Mostrey, Marion Debruyne, Thierry Geerts, Loubna Azghoud en Daniëlle Vanwesenbeeck – geeft scores aan de genomineerden. Die worden opgeteld en zo ontstaat een lijst van vijftig vrouwelijke rolmodellen.
Trends publiceerde onlangs een artikel over de gouden generatie van talentvolle dertigers in Belgische techbedrijven. Bij de tien bedrijven die de afgelopen tien jaar het meeste kapitaal ophaalden, waren er 26 dertigers onder de oprichters. Daarbij zat tot onze eigen verbazing geen enkele vrouw.
Hoe komt dat?
JOËLLE FRIJTERS. (bladert door het artikel) “Dit raakt meteen aan het onderwerp ‘kapitaal ophalen’. In Nederland is onderzoek gedaan over hoeveel venture capital naar een vrouwelijk geleid bedrijf is gegaan. Dat bleek 2 à 3 procent te zijn. Als degenen die de start-ups beoordelen geen diversiteit in hun commissies hebben, blijken ze toch te kiezen waar ze bekend mee zijn. Er zijn natuurlijk weinig rolmodellen van wie je kan zeggen ‘kijk, zij doet dat ook’. Wij zeggen zelf altijd ‘if she can see it, she can be it’. Als je het rolmodel niet hebt, kun je ook niet dromen van wat je kan bereiken.”
De wereld van investeerders is vooral mannelijk, is dat de voornaamste reden?
FRIJTERS. “We hebben allemaal een bias, ik ook. Als ik mijn ogen sluit en iemand zegt me ‘stel je even een technologieondernemer voor’, dan zie ik ook in eerste instantie een man. Dat beeld moet je veranderen in de hele maatschappij om het gelijk te trekken. Het is twee kanten op. Er worden weinig start-ups begonnen door vrouwen omdat er technologie in zit, en er zijn te weinig vrouwen die voor technologiestudies kiezen. Het zit door de hele keten heen.”
ELKE KRAEMER. “Die venturekapitalisten zitten een beetje aan het einde van de ‘ supply chain’. Ze zijn misschien zelf ondernemer geweest, hebben hun bedrijf verkocht en worden investeerder. Ze vinden bedrijven om te investeren via hun netwerk. Als man heb je misschien een groot netwerk onder mannen, en als vrouw onder vrouwen. Het is een vicieuze cirkel.”
In Nederland bestaat de Inspiring Fifty-lijst al zeven jaar. Welke resultaten zijn er?
FRIJTERS. “Als je congresorganisatoren met vooral mannelijke sprekers een lijst stuurt met vijftig inspirerende vrouwen, is er geen excuus meer. In het begin kregen we defensieve reacties. Sommige mensen die toen zo reageerden, zie ik nu zelf op LinkedIn oproepen doen of iemand nog vrouwen in tech kent. Het is op allerlei vlakken in het nieuws gezet. We hebben een boek gelanceerd om een rolmodel te creëren voor jonge meiden van twaalf à dertien jaar. Die leeftijd, waarop ze al heel wat keuzes maken, is een dieptepunt qua liefde voor technologie bij vrouwen. Het is een boek over een meisje van dertien dat een start-up begint, en dan wordt ze ook verliefd op de developer. Het is een rolmodel voor dertienjarigen. Is Nederland veel verder? Dat zou ik echt niet durven te zeggen, maar al die beetjes helpen. Je hebt meerdere initiatieven nodig om verandering teweeg te brengen en diversiteit in de breedste zin van het woord te verbeteren.”
In België zijn er voldoende vrouwelijke rolmodellen te vinden, want jullie hebben een indrukwekkende jury. Waarom is er toch een Inspiring-Fiftylijst nodig in ons land?
KRAEMER. “Er zijn inderdaad heel wat vrouwen in tech, maar vaak kennen we ze niet. Ik ben echt moeten gaan zoeken in databases, alle mogelijke lijstjes en digitale events. België kan, hoewel het een klein land is, wel een krachtig land zijn om verandering in te zetten. Wij zijn alle twee overigens niet Belgisch.”
FRIJTERS.( lacht) “Ik heb wel Belgische kinderen, en een Belgische man.”
KRAEMER. “Ja, dat hebben we ( lacht). De maatschappij is hier ‘familievriendelijk’. Ik wil het woord ‘vrouwvriendelijk’ het liefste bannen. Het is stigmatiserend. Ik gebruik liever ‘familievriendelijk’. Het is familievriendelijk dat hier crèches bestaan, dat je een oppas kunt laten komen als je zieke kinderen hebt. In Duitsland is het ondenkbaar dat je een vreemde voor een ziek kind laat zorgen.”
FRIJTERS. “In Nederland is de opvang minder flexibel en veel duurder. België heeft alle ingrediënten om een goede participatie van vrouwen te hebben.”
Wat je in België net als in andere landen wel hebt, is dat bij een koppel dat een kind krijgt, vaker de vrouw haar loopbaan wat terugschroeft en de man zijn carrière voortzet.
FRIJTERS.”Dat is ook logisch. Er zit sowieso nog een inkomensongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Nederland heeft heel erg een parttime-cultuur. Je kunt niet verwachten dat als je parttime werkt, je dezelfde kansen krijgt als degene die fulltime werkt. Als de man een inkomen heeft dat 30 procent hoger is, dan ga je eerder korten in de dagen die minder opleveren. Als je wat meer wil thuis zijn wanneer de kinderen klein zijn, dat kan. Er zijn ook heel wat mannen die dat graag doen – een papadag. Het is superfijn dat dat nu zo is, maar degenen die wel voltijds aan de slag blijven, moeten wel in een klimaat terechtkomen waar het prettig werken is. In je eentje tussen veertig mannen is niet gezond, ook niet voor de resultaten. Het is bewezen dat diverse teams beter presteren.”
Bepaal een kpi voor vrouwelijk leiderschap in je bedrijf ” -Elke Kraemer
KRAEMER. “Inspiring Fifty werkt in de twee richtingen. We willen vrouwelijke rolmodellen in het licht zetten, maar zij hebben een effect op zowel man als vrouw. Ik heb drie jongens. Voor hen is het ook goed vrouwelijke leiders en ondernemers te zien.”
Wat kan de overheid nog doen?
FRIJTERS. “De studiekeuze stimuleren, faciliteren dat er kansen zijn, ook voor mensen uit minder kansrijke gezinnen. Nog iets sneller ICT in de scholen brengen, niet door een tablet in de klas te leggen, maar door te leren programmeren. Programmeren is net als puzzelen, het is echt niet zo moeilijk. Kinderen die kunnen gamen, kunnen ook leren te programmeren. Je hoeft niet allemaal computerwetenschapper te worden. Het is gewoon creativiteit. Als je een jong meisje vraagt of ze wil programmeren, dan zegt ze ‘nee’. Vraag je of ze creativiteit wil, dan zegt ze ‘ja’ en als je jonge meisjes vraagt of ze bij Instagram zouden willen werken, dan willen ze allemaal. Het zou al mooi zijn als je creativiteit en technologieskills kunt koppelen.”
KRAEMER. “Naast de overheid, kunnen ook bedrijven veel doen. Alles wat je meet, kun je opvolgen. Dat brengt ons bij het thema ‘quota’ voor vrouwen. Ik vind quota niet het juiste begrip. Als je als bedrijf iets wil bereiken, dan bepaal je een interne kpi (key performance indicator of indicator om de prestaties te bepalen, ndvr) bepalen. Als je zo’n doelstelling bepaalt, zul je ook middelen vrijmaken om je doel te behalen. Bepaal dus een kpi voor vrouwelijk leiderschap in je bedrijf. Als je een positie in het bedrijf wil invullen, heb je dan naast een mannelijke ook een vrouwelijke kandidaat? Je hoeft dat niet voor elke positie te doen, maar je kunt jezelf opleggen in hoeveel procent van de gevallen je een vrouwelijke kandidaat wil hebben. Door zo’n kpi stel je jezelf ter discussie en leg je de blinde vlekken bloot.”
Is er meer aandacht voor genderdiversiteit dan vroeger?
FRIJTERS.”Zeker bij heel veel grote internationale bedrijven staat het hoog op te agenda. Ik weet niet of het ook bij de grotere kmo’s overal zo is. Ook bij start-ups, want we zien nog te weinig vrouwelijke starters van techbedrijven.”
KRAEMER. “Wat wel een thema is, is STEM (wetenschap, technologie, engineering en wiskunde, nvdr) in het onderwijs. De mindset verandert richting meer STEM. De noodzaak aan technologie zit overal in. Het is belangrijk dat je op keuzemomenten, denk aan de overstap van het basisonderwijs naar het middelbaar, meisjes maar ook jongens stimuleert voor STEM te kiezen. Je zou dat kunnen pushen, zodat de instroom groter wordt. Aan het einde van het middelbaar kun je dat ook nog eens doen. Geef bijvoorbeeld start-uppakketten voor internet of things (via sensoren aan het internet verbonden gebruiksvoorwerpen, nvdr) aan scholen, waarmee leerlingen hun eigen data kunnen genereren. Je kunt kleine tags met sensoren aan meisjes en jongens geven en hun zeggen dat ze om het even wat kunnen tracken, hun skateboard, fiets of huisdier. Naast de STEM- en technologietrend, is ook diversiteit een trend. Het gaat dan om meer inclusiviteit en een beter holistisch product maken.”
FRIJTERS.”Ja, het gaat ook weleens mis omdat er te weinig vrouwen in de productteams zitten. Was het niet Apple dat een healthapp maakte die zowat alles kon tracken, maar geen periodetracker had? De helft van de wereldbevolking van vruchtbare leeftijd heeft zijn regels, maar dat zat er niet op. Het waren natuurlijk allemaal mannen die dat hadden gemaakt.”
Er bestaat een vooroordeel dat de diversiteit in technologie beter is in Noord- dan in Zuid-Europa, maar uit het jaarlijkse rapport van het investeringsfonds Atomico over de Europese techscene blijkt dat teams in Portugal en Italië heel divers zijn. Herkent u dat?
FRIJTERS.”Het schijnt zo te zijn dat er een negatieve correlatie is tussen de economie van een land en hoeveel vrouwen voor tech kiezen. Het is wel degelijk zo dat in landen waar de economische voorspoed een tikje lager zit, meer vrouwen voor tech kiezen.”
KRAEMER.”Ik heb studies van Eurostat geraadpleegd over vrouwen in CEO-posities. Landen uit het vroegere Oost-Europa zitten beduidend hoger qua percentages. In het vroegere Oost-Europa waren ingenieurs de crème de la crème, ze stonden even hoog in aanzien als de dokter of de jurist. Bij ons heb je altijd de klassieke rechten- en artsenstudies, die veel aanzien hebben. Maar we hebben zoveel juristen niet nodig, ja sorry hè.” (hilariteit)
Bedankt Benny Debruyne voor het fantastisch fijne interview!